De aanpak (in ontwikkeling): waarom een tienercollege?

Nu: Overstap basisschool - middelbare school Dan: De aanpak van een tienercollege
De kerndoelen onderbouw VO De kerndoelen onderbouw VO, plus vaardigheden om zichzelf te ontwikkelen en een open houding naar de wereld, de anderen en zichzelf.
Strikte scheiding groep 8 en brugklas Flexibele overgang: groepen met 10- tot 13-jarigen en 11- tot 14-jarigen.
Van een kleine basisschool naar een grote middelbare school met anonieme lokalen. Maximaal 200 tieners in vaklokalen per gebied, met elk een eigen kring en thuisplek. Tieners starten en eindigen de dag met een kort moment in de eigen groep. Persoonlijke begeleiding.
Op 12 jarige leeftijd (voor) selectie naar niveau VMBO b/k/t/HAVO/VWO Tieners krijgen de kans om tot en met hun 14 jaar toe te groeien naar het passende niveau en richting. Ervaring leert dat veel tieners op deze wijze een hoger niveau halen
Van 1 of 2 leerkrachten met een beperkt aantal vakken in het basisonderwijs naar een versnippering in een tiental vakken in het VO. Een kernteam van 3 a 4 begeleiders/experts. Integratie van leerstof in drie gebieden: 1. Humanics:Wereloriëntatie (Geschiedens, sociale geografie, economie), engels en spaans. Nederlandse taal levend en geïntegreerd. 2 Science: Techniek, scheikunde, natuurkunde, fysische geografie etc. Vaardigheden rekenen en wiskunde 3.Persoonlijke ontwikkeling: omgaan met je lijf, emoties, denken, zingeving, betekenisverlening, hobbies/passies, bewegen creativiteit.
Overzichtelijke weektaken op de basisschool, waar leerlingen aan werken met beperkte hoeveelheid huiswerk.Grote hoeveelheden leerstof per vak in de onderbouw VO, die via instructie, opdrachten, huiswerk en toetsen er doorgejaagd wordt. Doelen zijn voor leerlingen en ouders niet bekend. Less is more: Beperkte leerstof om de kern en de belangrijkste vaardigheden te leren.Leerdoelen zijn bekend bij ouders en tieners en hangen in de klassen. Experts beschrijven leerdoelen per onderdeel/gebied en zetten deze om in aantrekkelijke opdrachten. Tieners krijgen de mogelijkheid om zelf leertrajecten te bepalen waar ze ook hun leerdoelen mee behalen.
Beperkte diferentiatie naar niveau en naar behoefte Doelen met een specificatie op niveau. Praktische verbreding/verdieping voor VMBO-niveau (in samenwerking met VMBO-scholen) en theoretische verbreding/verdieping voor MAVO/HAVO/VWO niveau met vakdocent, expert, persoonlijk of groepsgewijs.
Aanbod gestuurd. Boek is belangrijk en leidend. In VO veelal frontaal onderwijs, veel instructie en zelfstandig werk. Docenten en tieners stellen elkaar voortdurend open vragen. Tieners gaan met open opdrachten aan het werk en leren doorvragen en onderzoeken. Vreemde talen worden organische geleerd: vanuit praktische onderwerpen en de cultuur wordt gesproken, geluisterd en geschreven. De woordenschat wordt zo uitgebreid. Waar nodig wordt grammatica aangeboden.
Resulaten zijn gemiddelde cijfers op toetsen. Je blijft zitten en moet het jaar overdoen als je teveel onvoldoendes hebt. Assessment: een presentatie dat je de leerstof beheerst. Als je het nog niet haalt, werk je door totdat je het wel beheerst. Per onderdeel en gebied verschillende snelheden.
Gestimuleerd door basisscholen. In het VO worden leerling losgelaten in het systeem en moeten ze zich bewijzen in de toetsen. Tieners kennen de eigen leerdoelen, leren hun eigen leervragen te stellen en op te pakken, houden zelf een portfolio per gebied bij en geven aan het eind een presentatie om mastery of learning aan te tonen.
Verschillend. Veel scholen zijn intern gericht. Open organisatie: a. Experts in de school op het gebied van kunst, techniek, ondernemen, sport en zingeving zijn wekelijks of in periodes als docent werkzaam.b. Pool van ouders en vrijwilligers die leerlingen begeleiden in de groepen. c. Leerlingen presenteren zich in mastery of learning per gebied aan ouders, docent maar ook externe deskundige. d. Tienercollege gaat elk jaar naar buiten. Halverwege en op eind is er een kamp resp. in een dorp/de natuur op een eiland en een stadje in het buitenland. e. Vrienden van het tienercollege denken mee in de ontwikkeling van de school en leveren bijdragen.
In VO heeft elk docent zijn eigen verantwoordelijk voor een onderdeel. Taken zijn verdeeld via taakbeleid. deskundigheidsbevordering wordt zelf ingevuld. Ondersteuning door Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP). Personeel is verantwoordelijk voor de hele ontwikkeling van het kind en voor de hele school. Teamteaching per vakgebied. Bij de start, halverwege en eind van het schooljaar zijn er meerdaagses voor het personeel om gezamenlijke de koers te bepalen. Personeel schrijft eigen curriculum. Beperkt of geen OOP om de groepen zo klein mogelijk te houden. Het is een aantrekkelijke werkomgeving op immaterieel gebied, op materieel gebied kunnen we minder bieden.
Specialisten. ge-externalieerde zorg Inclusief onderwijs, samenwerken met deskundigen/ hulpverleners voor geïntegreerde zorg in de school
Verschillend - afspraken met opleidingsinstituten (pabo/han) over meerdere stagiares per blok (al doende leren van het tienercollege), over doorlopend onderzoek door leerlingen docenten en externen over aanpakken, effecten en resultaten en over de opleidingbehoefte van docenten in een tienercollege.